Schilders Den Toom in Peursum

Riët Timmerman

Toen Ad den Toom in 2009 zijn schilderskwast definitief neerlegde, kwam er een einde aan vier generaties schilders, waarvan drie in Peursum. Hoewel zijn vader de jongste van de twaalf kinderen was, weet Ad toch nog het een en ander te vertellen over zijn opa Willem (geboren in 1861) en diens kinderen. Het verhaal is aangevuld met gegevens uit diverse genealogische bronnen en archieven.

Links het huis van schilder Den Toom in Peursum in 1920.

Links het huis van schilder Den Toom in Peursum in 1920.

De familie Den Toom was van oorsprong afkomstig uit Ottoland. De eerste Den Toom die naar Giessen-Nieuwkerk kwam was Willem, die in 1776 met de uit dit dorp afkomstige Lijntje van der Zouwen trouwde. Na haar overlijden trouwde hij met Lijsbeth Huisman.

De familie bleef in Giessen-Nieuwkerk wonen. De oudste zoon uit dit tweede huwelijk, Willem, werd in 1796 geboren en werd postbode. Hij trouwde met Annigje de Krijger. Zij stierf in het kraambed van hun elfde kind. Willem hertrouwde met Pietertje van den Bosch, met wie hij nog zeven kinderen kreeg. De derde zoon van Willem en Annigje, Leendert, werd in 1829 geboren.

Leendert in 1908
Leendert in 1908

Leendert is de eerste Den Toom die als 'verver' te boek staat. Hij trouwde in 1851 met Egbertje Loohuijs uit Bleskensgraaf. Zij kregen tien kinderen, waarvan er zeker zeven voor hun tweede jaar overleden. Leendert en Egbertje woonden vlak bij de hervormde kerk, wat nu de hoek Dorpsstraat-Kerkweg is. Egbertje overleed in 1883. Vier maanden later trouwde hun zoon Willem, de opa van Ad, en ging met zijn vrouw inwonen bij Leendert.

Willem

Willem den Toom werd in 1861 geboren. In 1883 trouwde hij met Adriaantje van Wijk uit Hoornaar. Hij was, evenals zijn vader, verver van beroep. Willem en Adriaantje kregen twaalf kinderen:

-   Leendert, 17-5-1884. Hij trouwde met Magdalena de Roon uit Herwijnen. Leendert werd schilder in Rotterdam, waar hij in januari 1945 overleed.
-   Eigje, 17-12-1885. Zij trouwde in 1912 met Huibert den Dikken uit Peursum. Hij was sigarenmaker in Bovenkerk. Eigje overleed in 1957 bij haar dochter in Tiel.
-   Egbertus, 7-8-1887. Hij was schilder, maar kon door zijn geestelijke gesteldheid niet goed werken. Hij overleed in 1922.
-   Pietje (Pie), 2-10-1888. Zij bleef vrijgezel en bleef bij haar ouders wonen. Zij overleed in 1965 in Almkerk.
-   Bartje, 6-12-1890. Zij trouwde in 1918 met Pieter Izaak van der Weele, hoofd van de openbare school. Zij verhuisden naar Scheveningen, maar Bartje kwam regelmatig terug naar haar ouderlijk huis. Zij overleed in 1964 in Den Haag.
-   Hendrik (Henk), 1-3-1893. Hij was schilder en trouwde met Elisabeth Buit uit Giessen-Nieuwkerk. Hij overleed in 1955.
-   Nicolaas, 2-11-1894. Hij overleed op eenjarige leeftijd.
-   Nicolaas (Klaas), 13-11-1896. Hij was huisschilder en trouwde met Cornelia van Dijk uit Hardinxveld. Klaas overleed in 1946 in Den Dolder.
-   Pieter, 18-1-1899. Hij was agrarisch medewerker en trouwde met Gijsbertje de Kreij uit Giessen-Nieuwkerk. Zij gingen wonen in Neerpolder, nu Neerpolderseweg 17.
-   Lena, 1-3-1901. Zij was huishoudster bij de dorpsarts Carel Hermanus Catharinus Ris en ging met hem mee toen hij in 1923 naar Rotterdam vertrok. In 1925 trouwden zij. Lena overleed in 1983.
-   Willem, 25-1-1905. Hij werd timmerman en trouwde met Sijgje Marrigje Slob uit Bleskensgraaf. Hij overleed in 1939 in Nieuwerkerk a.d. IJssel.
-   Jacob (Job, de vader van Ad), 29-4-1907. Hij was schilder en trouwde met Catharina Leeuwis uit Binnendams.

Afbeelding met buitenshuis, gebouw, huis, boom

Automatisch gegenereerde beschrijving
De familie Den Toom rond 1925. V.l.n.r.: Klaas, Pietje, moeder Adriaantje, Cornelia en vader Willem.

De eerste vier kinderen werden in Giessen-Nieuwkerk geboren, de anderen in Peursum.

Op 2 mei 1889 verhuisden Willem en Adriaantje met hun vier kinderen naar de huidige Peursumseweg 52. De vader van Willem, Leendert, verhuisde mee. In het bevolkingsregister van Peursum staat Leendert aanvankelijk als het hoofd van het gezin vermeld. Later is dit doorgehaald en werd Willem hoofd. Leendert overleed in 1910.

Willem was 'Huis- en Rijtuigschilder, Glazenmaker en Kamerbehanger'. In de zomer werd het buitenwerk gedaan, zoals het onderhoud van huizen en bedrijven. In de beginjaren waren de wegen nog niet bestraat en moest de meid, als de schilder klaar was met zijn werk, de weg een tijd nat houden. Willem deed ook het onderhoudswerk voor de kerk van Giessen-Oudekerk. Uit een rekening uit 1913 blijkt, dat het uurtarief toen 17 cent was. De rekeningen werden eens per jaar, in januari, opgemaakt. Later werd dit twee keer per jaar.

In de winter werd er binnen gewerkt. In de werkplaats stonden dan bijvoorbeeld kasten en tonnen, die geverfd moesten worden. Regelmatig kwam klompenmaker Van Asperen met een schouw over de Giessen, om klompen te laten beschilderen. Wit of blank met een bies. Ook werden er rijtuigen geverfd en gedecoreerd. Hiervoor werden de twee grote openslaande deuren aan de straatkant gebruikt. Aan de noordoostzijde waren extra hoge ramen, gebruikelijk bij werkplaatsen en ateliers. Het behangen was vroeger veel arbeidsintensiever dan nu. Er waren nog geen spouwmuren. Op de muur werden latten aangebracht. Daartussen werd tengeldoek gespannen, een soort jute. Daaroverheen kwam grondpapier. Dit waren losse vellen, die met tarwebloem op het doek werden geplakt. Daar overheen kwam het gewone behang. Op ongeveer een meter hoogte werd een plank aangebracht, zodat men niet met de stoelleuning door het behang zou gaan.

Ten westen van het woonhuis stond een werkplaats, die Willem huurde van de Diaconie Armen van Peursum. In januari 1913 kocht hij het pand met de grond voor 500 gulden. Omdat hij nu een werkplaats had, werden de grote wagendeuren aan de wegzijde weggehaald en werd dat deel bij het woonhuis getrokken. Geen overbodige luxe met twaalf kinderen. Aan het woonhuis werd later een serre gebouwd. Hier lagen ook een aantal van de kinderen, toen zij TBC hadden.

De werkplaats in 1925.
De werkplaats in 1925. Links Klaas en rechts vader Willem. Binnen zit Bartje.

De zoons Egbert, Henk, Klaas en Job hielpen Willem in het bedrijf. Egbert overleed in 1922. Dochter Pie was vrijgezel en bleef thuis wonen. Zij werkte mee in de zaak en schreef de rekeningen. Klaas ging na zijn trouwen aan de overkant wonen, waar zijn zwager Ris een huis had gekocht. Klaas overleed in 1946 in een instelling in Den Dolder.

In 1944 overleed moeder Adriaantje.

Het huis van dokter Ris
Het huis van dokter Ris met v.l.n.r. twee onbekende vrouwen, Cornelia (de vrouw van Klaas), Jacob en Klaas.

In 1952 werd de kerk van Giessen-Oudekerk gerestaureerd. Al het schilderwerk werd door de gebroeders Den Toom gedaan en zij waren daar trots op. Ook de rouwborden werden gerestaureerd en de beschildering hersteld. Hiervoor kregen zij hulp van twee studiegenoten van Job. Een van hen, Ad de Keizer, is later meer de kunstenaarskant opgegaan. De firma Den Toom werkte veel voor het waterschap en de provincie. Zij deden het verfwerk van bruggen, inclusief de onderkant. Dat was hard werken. De bruggen werden vaak eerst aangelegd, dan pas de weg. De broers moesten over stoffige wegen of kades om er te komen. Soms gebruikten zij de schouw. Zij schilderden ook de borden die aan de bruggen hingen en aan de oevers stonden. Langs de weg hadden zij het onderhoud van de schrikhekken, die met rood-witte strepen de bochten markeerden.

Nieuwe
Gorinchemsche Courant, 2 juni 1926.Henk woonde in de Dorpsstraat, net ten oosten van de Breestraat, in een huis van zijn vader. Zijn vrouw had daar een winkel in verf en huishoudelijke artikelen. Als zijn dochtertje Dien de huur en die van de buren Huib de Groot en sigarenmaker Jan Schreuders bij opa Willem ging brengen, kreeg zij altijd een dubbeltje van hem. Henk verongelukte in 1955 op de Provinciale weg, toen hij een behangboek ging wegbrengen. Vader Willem heeft dat niet meer meegemaakt. Hij overleed in 1953. Hij werd eenennegentig jaar.

Zijn jongste zoon Job zette het bedrijf alleen voort.

Job
Job had een gedegen vakopleiding gedaan. Behalve schilderen, behangen en verf mengen, moesten de leerlingen ook advertenties ontwerpen en zelf illustreren. Zij leerden om houtnerven na te bootsen, hout te marmeren, decoraties te schilderen en letters te zetten. Veel van de oude gereedschappen zijn bewaard gebleven, onder andere een kwast om bladgoud aan te brengen. Ook bezit de familie nog een zeer uitgebreide catalogus, met schilder- en decoratiebenodigdheden. Verder een boek met glas-in-loodmotieven en een doos met frames in de vorm van een paneeldeur. In het frame konden vlakken van verschillende kleuren gezet worden, zodat de klant een idee kreeg over het eindresultaat.

Pagina uit de Geïllustreerde Prijscourant Van der Burg & Muls, Rotterdam, van onbekende datum.
Pagina uit de Geïllustreerde Prijscourant Van der Burg & Muls, Rotterdam, van onbekende datum.

Job trouwde in 1937 met Catharina (Trien) Leeuwis, de dochter van bakker Leeuwis uit Binnendams. Het eerste jaar woonden zij naast de broer van Job, Henk, in de Dorpsstraat. In 1938 verhuisden zij naar Oudkerkseweg 3. De eerste zeven jaar van hun huwelijk waren kinderloos, daarna werden er zeven zoons geboren:

-   Willem (Wim) in 1944.
-   Adriaan Willem (Ad) in 1946. Hij werd vernoemd naar de in de Tweede Wereldoorlog verongelukte broer van Trien.
-   Nicolaas Leendert (Niek) in 1947.
-   Egbertus (Bert) in 1949.
-   Jacob Catharinus (Jaap) in 1951.
-   Hendrik Johannes (Henk) in 1956.
-   Jan Leonard (Jan) in 1957.

Job was altijd druk. Hij werkte zes dagen in de week en op zondag viel hij bij het lezen van het schildersvakblad regelmatig in slaap. Behalve particulieren had hij ook grote opdrachtgevers, zoals de melkfabriek in Peursum, waarvoor hij ook de arbeidershuizen onderhield. Als de huizen leeg kwamen, werden ze van onder tot boven geverfd en behangen. Schilder Boeter, die gereformeerd was, deed het onderhoud aan de melkfabriek in Neerpolder. In de tijd van de hout- en later de kolenkachel lieten mensen soms om de twee jaar de keuken opknappen. In het voorjaar werden er huis aan huis strooiboekjes verspreid, behangboekjes met zo'n veertig stalen. De gemeente was ook een grote opdrachtgever: van april tot oktober werd het buitenverfwerk van de gemeentewoningen gedaan.

Een jaar na het overlijden van zijn vader in 1953, verhuisde Job met zijn gezin naar het ouderlijk huis in Peursum. Achter het huis liet hij in 1955 een nieuw huis bouwen, met links aan de wegzijde een schilderswinkel en rechts een kamer voor Pie, zijn vrijgezelle zus. Het gezin met de zeven zoons woonde achterin. Het oude huis werd hierna afgebroken.

In de loop der jaren waren dorpsgenoten Kees van den Bosch en Max v.d. Bout en Dries van Straten uit Woudrichem de gelederen komen versterken. Zoon Ad had de technische school gedaan en kwam als gezelschilder in het bedrijf. In 1964 trouwde hij met Annie Slob uit Hoornaar en ging inwonen bij zijn ouders. Na zeven zonen vond Catharina het wel gezellig om een schoondochter in huis te hebben. In 1967 verhuisden Ad en Annie naar de nieuwbouw.

Het gezin van Job en Trien in 1962
Het gezin van Job en Trien in 1962 met achteraan v.l.n.r.: Bert, Ad, Niek en Jaap.
Vooraan: Job, Jan, Trien, Henk en Wim.

In 1972 werd de werkplaats afgebroken en lieten Job en Catharina op deze plaats een bungalow bouwen. Schilder Aad de Veer uit Rotterdam kwam in hun oude huis wonen en werkte samen met Ad. In 1976 verhuisden Ad en Annie naar het ouderlijk huis in Peursum en Ad ging als eenmanszaak verder. 'Ik ben meer schilder dan ondernemer'. Annie deed de winkel. Ad heeft zijn werk altijd met veel plezier gedaan. Vooral bij particulieren was het gezellig en bij de koffie kwam je heel wat te weten. Rond 1984 heeft hij het tolbord bij het Pinkeveer gerestaureerd. Eerst werden alle letters op transparant papier overgetrokken en het houten bord geverfd. Daarna werden de contouren van de letters overgenomen op de nieuwe ondergrond daarna minutieus ingekleurd.

Trien den Toom overleed in 1984 en daarna was Job dagelijks in de schilderswinkel te vinden. Inmiddels was er veel concurrentie gekomen van de bouwmarkten, maar Ad kon het niet over zijn hart verkrijgen de winkel te sluiten. Dit gebeurde alsnog in 1993, toen vader Job overleed. In 2009 is Ad gestopt met het bedrijf en woont met Annie in Hoornaar.

Bronnen:

Bezoekadres

Dorpsstraat 10
3381 AG Giessenburg
telefoon: 0184-652872
e-mail: secretariaatgvgs@gmail.com

Vacatures

Wij zoeken bestuursleden. Onze vereniging is op zoek naar een conservator en een bestuurslid PR en communicatie. Kom jij ons team versterken? Kijk hier voor meer informatie.

Openingstijden:

woensdag- en zaterdagmiddag
13:30 uur tot 17:00 uur
groepen op afspraak

0184 65 28 72
bgg secretariaatgvgs@gmail.com

Boek Schelluinen

Ter gelegenheid van het feit dat Schelluinen 800 jaar bestaat, is door de Geschiedkundige vereniging een jubileumboek uitgegeven. > Lees verder

Fotobank

Duizenden historische foto's van onze dorpen in de Fotobank. Het aantal groeit nog steeds! > Lees verder

Privcay

Privacy reglement